Overwegende dat de notulen van de vorige vergadering dienen goedgekeurd te worden;
Decreet lokaal bestuur art. 32, 277 ยง1 en art. 278;
De raad keurt de notulen van de vorige vergadering goed.
decreet lokaal bestuur van 22/12/2017 meer bepaald art. 32 en 277;
De raadsleden nemen kennis van het zittingsverslag van de vorige zitting.
Gelet op het feit om Vlaanderen beter te beschermen tegen zowel droogte als wateroverlast wil de Vlaamse Regering voldoende ruimte voor water voorzien. Dit gebeurt onder meer door watergevoelige gebieden te vrijwaren van verdere bebouwing en verharding, waardoor het waterbergend vermogen behouden blijft en stroomafwaarts gelegen dorpen en kernen gevrijwaard blijven van wateroverlast.
Op 6 oktober 2023 keurde de Vlaamse Regering de voorlopige aanduiding goed van 14 watergevoelige openruimtegebieden in de provincie Limburg. Hierbij werd voor Halen ‘Bloemendaal-Halensbroek’ geselecteerd. Het aan te duiden gebied is volledig onbebouwd. Het bestaat uit vier niet-ontwikkelde delen van eenzelfde woonuitbreidingsgebied. Het overgrote deel van de gronden is in gebruik voor landbouwactiviteiten (grasland, akker, fruitteelt) of is bebost. Het gebied is volgens het gewestplan gelegen in woonuitbreidingsgebied. Verder bebouwen van gebieden met een waterproblematiek kan leiden tot grotere overstromingsrisico's op andere plaatsen. De procedure om WORG's aan te duiden is daarom ingeschreven in de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, om de belangen van het watersysteem te beschermen. Daarbij zijn de stedenbouwkundige voorschriften bepaald die garanderen dat het gebied onbebouwd kan blijven en kan functioneren als onderdeel van het watersysteem.
De aanduiding als watergevoelig openruimtegebied brengt bouwbeperkingen met zich mee, zoals omschreven in artikel 5.6.8, §3 van de VCRO.
§ 3. Binnen de aangeduide watergevoelige openruimtegebieden zijn waterbeheer, natuurbehoud, bosbouw, landschapszorg, landbouw en recreatie nevengeschikte functies.
Voor zover de ruimtelijk-ecologische draagkracht en de waterbeheersfunctie van het gebied niet worden overschreden, zijn alleen de volgende handelingen die nodig of nuttig zijn voor de functies, vermeld in het eerste lid, toegelaten:
1° het aanbrengen van kleinschalige infrastructuur, gericht op de sociale, educatieve of recreatieve functie van het gebied, waaronder sanitaire gebouwen of schuilplaatsen van één bouwlaag met een oppervlakte van ten hoogste 100 mØ, met uitsluiting van elke verblijfsaccommodatie;
2° het aanleggen, herstellen, heraanleggen of verplaatsen van openbare wegen en nutsleidingen. Openbare wegen en nutsleidingen kunnen aangelegd of verplaatst worden voor zover dat noodzakelijk is voor de kwaliteit van het leefmilieu, het beheer van het landschap, het herstel en de ontwikkeling van de natuur en het natuurlijk milieu, de openbare veiligheid of de volksgezondheid;
3° het aanbrengen van kleinschalige infrastructuur, gericht op het gebruik van het gebied voor landbouw of hobbylandbouw;
4° handelingen die nodig of nuttig zijn om overstromingen te beheersen of om wateroverlast buiten de natuurlijke overstromingsgebieden te voorkomen;
5° handelingen voor natuurbehoud en landschapszorg.
De mogelijkheden om af te wijken van stedenbouwkundige voorschriften of om rekening te houden met ontwerpen van stedenbouwkundige voorschriften, vermeld in titel IV, hoofdstuk 4, zijn van overeenkomstige toepassing in de aldus aangeduide gebieden.
Het besluit tot opname van deze zone tot WORG-geied is gebaseerd op volgende motieven:
Daar OCMW Halen eigenaar van een perceel binnen de voorlopige afbakening van het watergevoelig openruimtegebied Bloemendaal - Halensbroek (zie ook bijlage).
Daar het het perceel Halen Sie C 0154A betreft dat door goedkeuring van dit plan niet langer bebouwbaar zijn en dus een waardevermindering zullen kennen
Daar er een compenserende vergoeding voorzien wordt voor eigenaars gelegen in WORG die financiële schade lijden
Deze vergoedingen- zijn echter nog niet gekend/bepaald
Na beraadslaging
Gelet op het decreet lokaal bestuur art. 84;
De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van het openbaar onderzoek door Vlaanderen over de Watergevoelige openruimtegebieden, waarin perceel A154 van het OCMW vervat is.
De raad voor maatschappelijk welzijn acht het niet wenselijk om bezwaar in te dienen tegen dit plan.
Al het nodige moet gedaan worden om de compenserende vergoeding te ontvangen.